|
Hans
van de Sande Agressie:
een modern verschijnsel? De
tijd waarin we leven wordt door veel mensen gezien als gekenmerkt door extreme
agressie. Opstanden, burgeroorlogen, extremisme, godsdienst- en stammen-
twisten, zinloos geweld, extreme criminaliteit, een nooit eindigende reeks van
gewelddadigheden trekt via de beeldbuis langs onze gretige ogen. Waarom zijn die
ogen zo gretig, waarom vinden we het interessant om agressie en geweld te zien?
Daarvoor zijn twee hoofdredenen. De
eerste is dat onze verre voorouders, wilden zij, en dus ook hun nageslacht, een
kans hebben om te overleven, erg attent moesten zijn op mogelijk gevaar.
Voorouders die dat niet waren hebben helaas niet de kans gekregen om voorouder
te worden. Je zou kunnen zeggen dat mensen die niet attent zijn op gevaren, op
agressie en geweld dus, vanzelf uitsterven. Wat overblijft is een mensensoort
die agressie interessant, maar ook beangstigend vindt. Dat voelt elke journalist
met zijn klompen aan: Geweld verkoopt! Daarom zien we er zo veel van. De
tweede reden is dat exact de helft van de mensheid een extra fascinatie met
geweld schijnt te hebben. Ook dit merkwaardige verschijnsel ligt verankerd in
hoe we in elkaar zitten en is daarmee dus waarschijnlijk een product van
evolutionaire selectie. De
vraag welke helft dat is heeft U natuurlijk allang beantwoord, dat is die helft
van de mensheid die testosteron niveau’s heeft die tot twintig keer hoger zijn
dan die van vrouwen. Díe helft van de mensheid dus, die op jonge leeftijd
soldaatje speelt, op wat oudere leeftijd fanatiek agressieve spelletjes doet,
zoals Quake, of hooliganisme en nog weer later soldaat of terrorist kan worden. De
vraag kan gesteld waarom het voor mensen en voor mannen in het bijzonder nou zo
functioneel is om agressief te zijn. Alweer bestaat er een redelijk plausibele
evolutionaire verklaring: in de lange periode dat mensachtigen evolueerden tot
de huidige uitvoering, is er een voortdurende noodzaak tot rolverdeling geweest:
de vrouwen zorgden voor de kinderen en de mannen beschermden de leefgroep. Voor
zo’n beschermende rol is natuurlijk een bijpassende psychologische opmaak
nodig, en die vertonen mannen nu nog steeds: het wordt ook wel eens Macho
genoemd, en komt neer op het trachten te verkrijgen van prestige door agressie.
Zo’n houding blijkt overigens wel enigszins af te leren, maar makkelijk is dat
niet, agressie en het zoeken naar prestige met agressieve middelen (het
‘winnen’) ligt sterk in de menselijke en vooral de mannelijke natuur
verankerd. Gelukkig
leven we niet meer in een primitieve natuurtoestand, maar in een ver ontwikkelde
technologische cultuur, dus macho gedrag is helemaal niet zo belangrijk meer,
behalve dan voor team sporters (voetballers, hockeyers) en individuele sporters
(vechtsporters, sportschutters) voor managers, voor politici, voor
computerfreaks, voor VW Golf rijders, voor journalisten, voor de meeste pubers,
voor hooligans, voor criminelen, voor militairen, en voor nog zo wat soorten.
Eigenlijk is onze cultuur, zeggen sommigen, super vreedzaam. Ha!
|
[van de Sande in lezingen] [interessante wijn links][CV] [essays] [PPT's] Laatst bijgewerkt: 17 september 2013 |