psychologie, mens en massa, crisis, tijdgeest, mesmerisme, leiderschap, Freud, film, roken, macht, crisismanagement, wat is 'modern', dr Johnson, immigratie, groupthink, PDG, mens en milieu, criminaliteit, rellen, liefde, organisaties, paniek, utopieen  probleemgezinnen, kuddeinstinct, creativiteit, charisma, evacuaties, architectuur, groentijd, wijn, crowd control, emoties, images, multiculturaliteit, avontuur, Spinoza, reclame, humor, hulpverlening, kunst, observatie, brandpreventie, societeiten, rampen, koken, homo ludens, mannenclubs, sociale wetenschappen, bindingsangst, Immanuel Kant, verslaving, literatuur, dromen, media,  maatschappijvormen, identiteit, filosofie, hooliganisme, speltheorie, situatiewaarneming, ethologie

Hans van de Sande

ROKEN IS HEERLJK

Gedachtig het aloude, maar binnenkort vergeten lied: “Was ich noch zu sagen haette dauert eine zigarette”, zal ik het, hoewel ik zelf pijproker ben en dus q.q. wat langer van stof, kort maken.

Het eerste dat ik te zeggen heb, is dat een discussie over roken nooit een debat kan zijn, daar de discutanten altijd op beschamend directe wijze de eigen belangen tot een universele richtlijn trachten te verheffen. Een typisch politiek onderwerp dus. Door deze extreme zelfbetrokkenheid van de argumentatie lijkt een debat over roken, zoals U vanavond zelf zult kunnen vaststellen, het meest op een uitwisseling van krukken door invaliden: jouw krukken passen een ander nooit, je hebt het meest aan je eigen kruk.

Omdat het me toch niet zal lukken ook maar iemand van U ergens van te overtuigen zal ik U reeds in het begin van deze discussie mijn eigen favoriete kruk gratis aanbieden:

                                                ROKERS ZIJN DE LAATSTE HELDEN

Dapperheid is al eens gelijkgesteld met een gebrek aan fantasie, (ongetwijfeld door een fantastische lafaard) en inderdaad, de onheldhaftige tegenstanders van roken blijken in veel opzichten met een rijke fantasie begaafd, ze verzinnen meer argumenten tegen roken dan de paus tegen anticonceptie. De meeste rokers komen, als echte helden betaamt, niet veel verder dan: ‘Ja, ik weet wel dat het slecht is’, en gaan dan door met hun dappere en eenzame strijd. Nog een andere kruk wil ik U niet onthouden:

           

TOEN DE ZONDE OPHIELD RELEVANT TE ZIJN, HADDEN WE EEN VERVANGER NODIG: en dat werd HET ROKEN

 

Deze gedachte herinnert ons aan 1705 toen tsaar Peter de Grote een openbaar debat liet houden over de vraag of roken een zonde was. Besloten werd dat roken inderdaad, anders dan dronkenschap een zonde was, omdat de bijbel leert dat wat door de mond naar binnen gaat de mens niet bezoedelt, maar wat er door naar buiten gaat wel. Als U dus alleen maar inhaleert zit U theologisch gezien goed.

Maar het gaat over rookverboden, dus daar wil ik het nu verder met U over hebben.

Het eerste horecabedrijf in Groningen dat het roken verbood is de Conditorei Novo in de Stoeldraaiersstraat, die door een groep mensen met het Down syndroom gedreven wordt. Dit kan natuurlijk geen toeval zijn. Indrukwekkend denkwerk zit er volgens mij inderdaad niet achter rook-verboden, die zich tegenwoordig niet meer op zondebesef, maar op gezondheids-argumenten baseren. Men zou bijvoorbeeld hebben kunnen denken dat het levensverlengend zou zijn voor bezoekers en personeel van deze Mongoolse koffieshop om niet mee te roken. Nu is het al zeer onwaarschijnlijk dat meeroken enig gezondheids-risico met zich meebrengt, maar zelfs al was dat zo, dan is hoogstens te verwachten dat de merendeels bejaarde bezoekers enkele minuten aan hun  levens kunnen toevoegen door het gemiste genot van het meeroken. Het personeel, dat als alle mensen met het Downsyndroom, niet oud zal worden, zal hiervan zelfs in het geheel niet  kunnen profiteren.

Ik wil de vraag of het uitgerekend de dommen zijn die roken verbieden, hoe voor de hand liggend ook in verband met de bekende aanscherpende effecten van nicotine op het menselijk intellect, niet uitgebreid behandelen. Wel wijs ik er in het voorbijgaan op dat deze stimulerende effecten van nicotine natuurlijk covarieren met de hoeveelheid hersenen, zodat het voor de sufferds onder ons toch niet veel zou uitmaken als ze weer gingen roken.

 

Wel wil ik dieper ingaan op de vraag hoe het mogelijk is dat wij Nederlanders ons zo massaal en zo hersen- en schaamteloos conformeren aan dit specifieke onderdeel van het uit Amerika overgewaaide gezondheidsfetischisme?

Aan rookverboden zitten twee kanten, het gezondheidsaspect en het ergernis-aspect. Ten nadele van de discussie worden die twee vaak door elkaar gehaald, maar ik hoop dat U het met me eens bent dat dat geheel verkeerd is. Het gezondheids aspect is reeds door velen behandeld. Ik vat het samen: roken heeft nadelige gevolgen voor de gezondheid: de roker leeft korter. Daardoor worden enorme besparingen op de gezondheidszorg bereikt, want de laatste ellendige en peperdure jaren van nieuwe heupen en knieën, van dementie, aftakeling, staaroperaties, doofheid, eenzaamheid en verval, worden door vele rokers niet gehaald. Helden met sociaal gevoel roken dus tot ze niet meer kunnen, want auto-euthanasie is nog steeds geen wetsovertreding, hoe tergend langzaam ook volvoerd.

Het tweede aspect, dat van de ergernis, wil ik wel wat uitgebreider behandelen, daar het de kern van de zaak uitmaakt. Hoe komt het dat, toen iedereen rookte, niemand er last van had? Met deze vraag stuiten we op een oeroud inzicht over de mens, dat evenals zovele andere oeroude inzichten, in een sprookje is neergelegd, en wel in het sprookje van de prinses op de erwt. U weet hoe het gaat: een prins, laten we hem prins Caballero noemen, zoekt een vrouw, maar ze moet wel een hoger type zijn, zeer upper class en dus zeer verfijnd. Er wordt een mogelijke kandidaat gevonden, het meisje Belinda, en de vraag is: is ze werkelijk aristocratisch, of is ze hopeloos lower class?  De test is natuurlijk dat Belinda, een erwt onder haar matras krijgt en zelfs met heel veel matrassen heeft ze er nog heel veel last van, ergo: deze superverfijnde en gevoelige vrouw moest prins Caballero hebben  Hij heeft er vast spijt van gekregen, maar daar gaat het hier niet om.

Waar het wel om gaat is dat in een democratische maatschappij als de Amerikaanse, aristocratische gewoonten als het heel gevoelig zijn, maar ook het arrogant opleggen van je wil aan anderen, twee sleutelkenmerken van bestrijders van het roken, kennelijk nog aan de orde van de dag zijn. 

De combinatie lijkt overigens een inherente tegenspraak te bevatten. Of je bent democratisch en dan vind je het prima dat de essentiële onderdelen van de cultuur bestaan uit ordinaire aftelversjes, gezongen door naar hun geslachtsdelen grijpende gangsters,  protserige auto’s, waarin je al rijdend en je revolver strelend Red Bull, Lucky Strikes en M&M’s consumeert, vettige hamburgers, weggespoeld met zwaar gesuikerde limonade, en gore opdringerige parfums, gedragen door met siliconen gevulde dellen.  Je kunt ook meer aristocratisch voelen en dan ben je voor meer verfijnde genoegens. In het eerste geval, als democraat dus, hoef je je niet in te houden en scheld je op alles wat je niet bevalt en probeer je je veronderstelde rechten in een CAO, ARBO of WAO onder te brengen. Het sleutelbegrip is hier: door angst gedreven collectiviteit  In het meer aristocratische geval erger je je niet, je meent er boven te staan en als je vindt dat er iets aan gedaan moet worden, dan doe je dat zelf. Het sleutelwoord hier is heldhaftige individualiteit. De schijnbaar individualistische Amerikaanse cultuur zou dus in wezen wel eens collectivistisch kunnen zijn. Het individualisme dat we er zo overvloedig aantreffen berust dus niet op aristocratische kracht, maar op een proletarisch tekort er aan. Het ‘Samen komen we er wel uit’, dient daarom gezien als een laatste en ouderwetse opflakkering van aristocratisch heldendom. Vandaar ook dat het zo weinig succes had, de meeste gewone mensen zijn bang en in het geheel niet aristocratisch. Ze willen daarom strenge normen en waarden.

Nu we geconstateerd hebben dat het rookverbod inherent democratisch is, kunnen we slechts sidderend afwachten wat het angstgedreven collectieve denken nog meer voor ons in petto heeft.

We hebben al rookverboden, verplichte inenting, continue vrees voor kanker, BSE, anthrax en vogel-pest en -griep, we hebben bromfietshelmen, veiligheids-gordels, -zitjes en -zakken, ziektekostenverzekeringen, strenge milieu en anti-discriminatie wetgeving, we respecteren de Rechten van de Mens; Welke andere producten van politieke correctheid zullen er in ons lange, en dank zij de rookwetgeving misschien wel ellendig lange leven, nog bijkomen?

Dames en heren: Hoe redelijk de voorgaande overwegingen ook mogen zijn, er blijft een probleem. Waarom staan we zingende gangsters, parfums, hamburgers, siliconen, marihuana, coca cola, m&m’s en protserige auto’s toe, ondanks hun bekende gezondheidsrisico’s, en verbieden we de Lucky Strikes? Waarom waren we enorm bang voor Aids tot er symptoombestrijdende middelen voor gevonden werden, zodat we onbekommerd en onbeschermd weer met elkaar kunnen omgaan zoals Pim dat graag zag? Zouden we inderdaad zo laf zijn, dat als er een pil tegen de symptomen van longkanker kwam, we allemaal weer aan de Javaanse Jongens zouden gaan? Is al dat gelul over ‘roken is vies’ dan slechts een door angst voor het eigen hachje gedreven variatie op het ‘zonde is vies’ uit mijn jeugd?

Wie het weet mag het zeggen.

 

 

[van de Sande in lezingen] [interessante links][CV] [essays] [PPT's]

Laatst bijgewerkt: 17 September 2013